In de loop der jaren is de verlichting in huis aanzienlijk geëvolueerd. Vandaag de dag zijn er twee soorten lampen die de schijnwerpers in onze huizen delen: LED-lampen en spaarlampen (compact fluorescent of CFL). Als je ooit naar een lamp hebt gekeken en je afvroeg: “Is dit LED of spaarlamp?”, dan ben je niet de enige. Deze gids is bedoeld om die vraag op een praktische, visuele en niet-technische manier te beantwoorden.
Onderscheid maken tussen de twee soorten lampen is niet alleen belangrijk voor de efficiëntie, maar ook voor de duurzaamheid, het soort licht en het stroomverbruik. Bovendien, als je erover denkt om thuis energie te besparen of je lampen te vernieuwen, kan het een groot verschil maken om precies te weten welke lamp je gebruikt.
Laten we stap voor stap te werk gaan om je te helpen je lamp te identificeren en de beste beslissing te nemen.
Inhoudsopgave
Waar moet ik op letten om te weten of een lamp energiebesparend of LED is?
Als je een gloeilamp gaat kopen, is een van de eerste dingen waar je op moet letten het energielabel. Sinds 2021 heeft de Europese Unie het classificatiesysteem veranderd: het gaat nu van A (meest efficiënt) naar G (minst efficiënt). Geen A+, A++ of A+++ meer.
Dit nieuwe systeem is veeleisender, wat betekent dat veel LED-lampen die voorheen bovenaan de schaal stonden, nu in klasse C of D vallen. Het is niet dat ze meer verbruiken, maar dat de normen omhoog zijn gegaan.
De LED lampen van vandaag leveren meestal tussen 90 en 160 lumen per watt, dus de meeste vallen tussen klasse C en D, hoewel er een paar geavanceerdere modellen zijn die klasse B bereiken. Klasse A LED lampen zijn zeldzaam en zijn meestal voorbehouden aan zeer efficiënte modellen, die nog steeds zeldzaam zijn op de binnenlandse markt.
Aan de andere kant hebben spaarlampen (compacte fluorescentie of CFL) een lager rendement, tussen 50 en 70 lm/W, waardoor ze in klasse E, F of zelfs G vallen, vooral als het oudere modellen zijn.
Rendement (lm/W) | Nieuwe classificatie (2021) | Oude classificatie |
---|---|---|
> 210 lm/W | A | – |
185 – 210 lm/W | B | – |
160 – 185 lm/W | C | A++ |
135 – 160 lm/W | D | A++ |
110 – 135 lm/W | E | A+ |
85 – 110 lm/W | F | A+ |
< 85 lm/W | G | A of lager |
Op het label staat ook het wattage (W) en de lichtstroom (lumen). Die combinatie helpt je om lampen te vergelijken. Als een 8W LED bijvoorbeeld 1000 lumen genereert, heeft deze een efficiëntie van 125 lm/W, wat behoorlijk goed is. Een 12W CFL die 700 lumen genereert, haalt slechts ongeveer 58 lm/W.

Belangrijkste verschillen tussen LED- en spaarlampen
Hoewel ze op het eerste gezicht op elkaar lijken, zijn de technische verschillen tussen deze twee soorten lampen opmerkelijk. Hier geven we een overzicht van de punten die in de praktijk het verschil maken.
Elektriciteitsverbruik (kWh) en energie-efficiëntie
Het stroomverbruik is waarschijnlijk het meest zakrelevante verschil. LED lampen verbruiken 80% tot 90% minder energie dan traditionele gloeilampen en zijn ook efficiënter dan spaarlampen.
Om het in perspectief te plaatsen:
- Een 8W LED lamp kan hetzelfde licht geven als een 12-15W spaarlamp.
- Als je in de loop van het jaar 10 lampen 4 uur per dag laat branden, kan de besparing oplopen tot meer dan € 30 per jaar per lamp.
Deze besparingen vertalen zich ook in minder impact op het milieu. Door het elektriciteitsverbruik te verminderen, worden er minder vervuilende gassen uitgestoten bij de energieproductie.
Bovendien genereren LED’s bijna geen warmte, wat ook hun energie-efficiëntie verbetert. Aan de andere kant verliezen LED’s met een laag verbruik een deel van die energie in de vorm van warmte.
Duur en geschatte levensduur
Een ander groot verschil is de levensduur. LED lampen zijn ontworpen om veel langer mee te gaan dan spaarlampen.
- LED lampen: tussen 15.000 en 50.000 branduren.
- Spaarlampen: tussen 6.000 en 10.000 uur.
Dit betekent dat je met een LED-lamp meer dan 10 jaar kunt doen zonder deze te vervangen, terwijl je met een CFL-lamp de lamp mogelijk na minder dan de helft van die tijd moet vervangen.
Bovendien zijn LED’s beter bestand tegen cycli van aan- en uitschakelen, waardoor ze ideaal zijn voor ruimtes waar het licht vaak wordt ingeschakeld (zoals gangen, badkamers of ingangen).
Op tijd en prestaties
Een veelgehoorde klacht over spaarlampen is de tijd die het duurt voordat ze helemaal aangaan. Als je een CFL aanzet, zul je vaak merken dat het licht eerst gedimd is en daarna een paar seconden in intensiteit toeneemt.
LED lampen daarentegen gaan direct aan en op volle sterkte. Er is geen wachttijd, geen geflikker en geen opwarmtijd.
Dit lijkt misschien een onbelangrijk aspect, maar in ruimtes waar je onmiddellijk licht nodig hebt (keuken, badkamer, garage), is het verschil zeer merkbaar. Bovendien zijn LED’s, doordat ze onmiddellijk aangaan, ook veiliger in noodsituaties.

Wat is beter voor jou: LED of spaarlamp?
Als het gaat om de keuze tussen een LED-lamp en een spaarlamp, is het juiste antwoord duidelijk: kies voor LED-technologie. Hier zijn echter enkele use cases die je kunnen helpen de beste beslissing te nemen.
1. Voor frequent huishoudelijk gebruik: LED-lampen zijn ongetwijfeld de handigste optie. Ze verbruiken niet alleen minder elektriciteit, maar ze gaan ook veel langer mee, waardoor je ze minder vaak hoeft te vervangen.
2. Als besparingen op lange termijn je prioriteit zijn: Tegenwoordig kun je heel zuinige LED-lampen vinden die zichzelf snel terugverdienen dankzij hun energiebesparing en lange levensduur. Binnen een paar maanden gebruik heb je de initiële investering al terugverdiend.
3. In ruimtes met veel aan/uit-schakelingen: Zoals eerder gezegd, zijn LED’s veel beter bestand tegen herhaaldelijk in- en uitschakelen. Daarom zijn LED’s de beste keuze voor plaatsen zoals trappen, gangen, ingangen of badkamers.
4. Esthetiek en ontwerpopties: LED lampen winnen ook hier. Tegenwoordig zijn LED’s verkrijgbaar in allerlei vormen, decoratieve stijlen, kleuren en lichttemperaturen. Of je nu een vintage of moderne stijl wilt, er is zeker een LED lamp die bij je smaak past.
5. Milieu en recycling: Spaarlampen bevatten kwik, wat betekent dat ze op bepaalde punten gerecycled moeten worden. LED’s bevatten daarentegen geen gevaarlijke stoffen, zijn gemakkelijker te recyclen en zijn veel minder vervuilend.
Kortom, voor bijna alle gevallen zijn LED lampen de beste keuze. Alleen in zeer specifieke situaties waarin een tijdelijke en zeer economische oplossing wordt gezocht, kan een CFL worden overwogen, hoewel zelfs in die gevallen een basis-LED net zo betaalbaar kan zijn.
Aanbevolen producten

Op voorraad, levering in 3 tot 4 dagen
1.19 €
LED Lamp Filament E27 4W 470 lm A60
Bekijk product

Op voorraad, levering in 3 tot 4 dagen
1.56 €
LED Lamp Dimbaar GU10 S11 5W 400 lm 430 lm 100º
Bekijk product

Op voorraad, levering in 3 tot 4 dagen
2.23 €
LED Lamp Filament E14 4W 400 lm G45 Gold Reflect
Bekijk product

Op voorraad, levering in 3 tot 4 dagen
1.39 €
LED Lamp 12/24V E14 5W 400 lm G45
Bekijk product
Veelgestelde vragen over LED en spaarlampen.
Hoewel we de belangrijkste aspecten al hebben behandeld, zijn er nog steeds veelgestelde vragen die veel mensen hebben als ze te maken krijgen met het vervangen van gloeilampen. Laten we ze behandelen met duidelijke, gemakkelijk te begrijpen antwoorden.
Kan een spaarlamp eruit zien als een LED?
Ja, en dit is een van de meest voorkomende fouten. Veel spaarlampen (CFL’s) hebben een ondoorzichtige witte coating waardoor ze erg op een LED lijken. Bovendien hebben sommige een bol- of kaarsvorm die ook de stijl van moderne LED’s nabootst.
Er zijn echter aanwijzingen die je kunnen helpen:
- CFL’s zijn meestal groter en zwaarder.
- Ze hebben vaak gebogen buizen binnenin, zelfs als ze verborgen zijn onder glas.
- Het duurt langer voordat ze volledig branden.
Als je nog steeds twijfelt, kun je het beste kijken naar de informatie op de lampvoet. Daar staat meestal of het “LED” is of “CFL” of “compact fluorescent”.
Hoe weet ik welk type lamp ik heb geïnstalleerd?
Hier is een kleine stap-voor-stap handleiding om te bepalen welke gloeilamp je gebruikt:
- Doe het licht uit en laat de gloeilamp afkoelen.
- Verwijder de gloeilamp voorzichtig.
- Kijk naar de vorm van de behuizing: als je spiraal- of U-vormige buizen ziet, is het waarschijnlijk CFL. Als de lamp compacter is en een glad plastic of metalen oppervlak heeft, kan het LED zijn.
- Kijk naar het label op de lamp. Dit staat meestal op de lampvoet. Als er “LED”, “CFL”, “fluorescent compact” of iets dergelijks op staat, heb je je antwoord.
- Controleer het wattage en de lumen: Als je een 8W lamp ziet die meer dan 700 lumen geeft, is het waarschijnlijk LED.
- Let op hoe hij oplicht: als hij meteen oplicht, is het LED; als het een paar seconden duurt, is het energiezuinig.
Conclusie: Doe het goed met deze gids voor het kiezen tussen LED- en spaarlampen.
Onderscheid maken tussen led- en spaarlampen lijkt misschien ingewikkeld, maar met de juiste tips en trucs is het makkelijker dan je denkt. Van het bekijken van het fysieke ontwerp tot het analyseren van de prestaties en het energielabel, er zijn meerdere aanwijzingen die je kunt volgen.
LED lampen zijn niet alleen de meest moderne optie, maar ook de meest efficiënte, duurzame, milieuvriendelijke en veelzijdige. Hoewel spaarlampen hun hoogtijdagen hebben gehad, worden ze nu overschaduwd door de vele voordelen van LED technologie.
Onthoud dat het correct identificeren van je lamp niet alleen handig is om te weten wat je in huis hebt, maar het zal je ook in staat stellen om geld te besparen, voor het milieu te zorgen en de kwaliteit van het licht in je ruimtes te verbeteren. Wil je precies weten hoeveel je kunt besparen? Gebruik onze LED besparingscalculator en reken het uit.